Productomschrijving
Speeldoos met een traditioneel kerstvogeltje in een glazen waterbol, waarin het glitters sneeuwt als je er mee schudt. We zien een roodborstje zittend op een tak, die met zijn snavel een brief vasthoud. Een traditioneel beeld rond kerst. Roodborsten zie je dan ook vaak op de gezellig besneeuwde kerstkaarten die in december op de mat landen. Maar waarom?
'Die roodborst op onze kerstkaarten danken we aan de Engelse postbodes uit de Victoriaanse tijd. Die postbezorgers moesten destijds een rood uniform dragen, want die kleur hoorde bij het koningshuis en de Britse vlag. Daardoor leken ze op roodborsten en kregen zodoende de bijnaam 'robins' (roodborsten). Al snel kwamen er toen kerstkaarten met roodborsten die aan de deur klopten om de post te bezorgen. Net als de postbode. Toen had je het balletje aan het rollen...' (bron: Vogelbescherming)
De voet van de sneeuwbol is uitgevoerd in donkerrood en versierd met hulst en sterren.
Na het opwinden van het mechanisme, met de vleugelmoer aan de onderzijde, klinkt de melodie en draait de voorstelling in de glazen bol rond.
Kerstmelodie: 'Hark! The Herald Angels Sing', in het Nederlands 'Hoor de eng'len zingen d'eer', is een kerstlied waarvan de oorspronkelijke Engelse tekst is geschreven door Charles Wesley. Het verscheen in 1739 in "Hymns And Sacred Poems". De originele openingsregel was "Hark! how all the welkin rings"; de versie vandaag de dag is het resultaat van vele veranderingen. Vele hymnes uit de achttiende eeuw bestonden merendeels uit geschreven tekst zonder muziek, de zang was belangrijker dan de melodie of het lied. De melodie die tegenwoordig wordt gebruikt is gebaseerd op een deel uit Felix Mendelssohn Bartholdy's cantate 'Festgesangs zum Gutenbergfest' uit 1840. De Nederlandse dichter Willem Barnard vertaalde de tekst van Wesley tot het lied 'Hoor de eng'len zingen d'eer'. Dit is opgenomen onder nummer 135 in het Liedboek voor de Kerken.
'Veel eerder zorgden roodborsten -volgens de verhalen- in de stal van Jozef en Maria er met hun gefladder voor dat het vuur bleef branden. De stal waar Jezus werd geboren was namelijk erg koud en Jozef moest naar buiten om extra hout te halen voor het vuur. Dat duurde echter zo lang dat het bijna doofde. Het lukte de roodborsten gelukkig het vuur weer aan te wakkeren, maar daarbij verschroeide de veren op hun borst naar een rode kleur.'